Een goede Ramen bowl begint bij de perfecte bouillon. Dit kan een vlees-, vis- of vegetarische bouillon zijn. Wij gebruikten Dashi, een Japanse bouillon poeder gemaakt van kombu (zeewier) en bonito vlokken (flinters van gedroogde tonijn). Wil je dit gerecht vega hebben, dan kun je de dashi vervangen door groentebouillon.
Maak de paddenstoelen schoon met een papiertje en Trek voorzichtig een beetje uit elkaar. Was de paksoi en snij in tweeën. Verwarm een beetje boter of olie in een grote soeppan op middelhoog vuur. Voeg de paddenstoelen toe en bak in circa 5 tot 8 minuten goudbruin. Haal de paddenstoelen uit de pan en bak ook de paksoi goudbruin. Haal dit ook uit de pan en zet samen met de paddenstoelen apart en houd warm met aluminiumfolie.
Giet de dashi bouillon of groentebouillon in de pan die je zojuist gebruikt hebt. Voeg hier de kokosmelk, sojasaus, knoflook, gember, sriracha en sesamolie aan toe. Laat circa 30 minuten koken met de deksel op de pan. Haal vervolgens de deksel van de pak. Als er een schuimlaag op de bouillon drijft dan schep je dit er met een spatel vanaf. Laat op laag vuur staan en breng naar wens op smaak met peper en zout.
Kook de ramen volgens de verpakking. Laat uitlekken en voeg een klein beetje olijfolie toe aan de pan, zodat de noedels niet aan elkaar gaan plakken.
Verdeel de ramen over de kommen. Schenk hier de warme kokos dashi bouillon overheen. Leg daar de paksoi en paddenstoelen omheen. Garneer met een eidooier, de micro basilicum cress en furikake of sesamzaadjes.